zondag 28 november 2010

De depressies en het alcoholgebruik van Churchill

Sir Winston Churchill (1874-1965) had gedurende een groot deel van zijn leven te kampen met depressies. Hij noemde die zijn 'black dog'. Hij kreeg daarmee te maken na grote teleurstellingen of wanneer hij geen uitdagingen meer zag. Lord Moran, zijn persoonlijke lijfarts schreef voor het eerst over Churchill's depressies na diens overlijden in 1965. Churchill was ook een behoorlijke innemer van alcohol. Hij hield van whisky, brandy en champagne. Zijn ontbijt bestond steevast onder meer uit whisky en een sigaar. In spannende tijden dronk hij meer dan op werkdagen. Tijdens de conferentie van Yalta in februari 1945 dronk hij veel Kaukasische champagne. Onze grootmoeder Jansje van den Bos-Schaft (1919-2007) zou Churchill in 1946, meen ik, ooit in levende lijve hebben gezien. Churchill bracht toen een bezoek aan Nederland.